Sinds 2015 vallen jonggehandicapten met arbeidsvermogen onder de Participatiewet, die voor hen de oude Wajong-uitkering heeft vervangen. Uit het rapport "Jonggehandicapten onder de Participatiewet" van onderzoeksbureaus SEO Economisch Onderzoek, Panteia en de Vrije Universiteit blijkt dat jonggehandicapten meer aan het werk zijn (27% van de 18-jarigen, ten opzichte van 22% tijdens de oude situatie), vaker voor een vervolgopleiding kiezen en minder met justitie in aanraking komen dan onder de oude wetgeving het geval was.
Verlaagde uitkering
De lagere uitkering blijkt een belangrijke financiële prikkel te zijn voor jongeren om actiever naar werk te zoeken: een bijstandsuitkering is beduidend minder gunstig dan de Wajong-uitkering. Dit is echter niet het enige financiële gevolg van de Participatiewet: het kabinet verwacht tevens dat de gemeenten jongeren sneller aan werk zullen helpen, aangezien ze de bijstandsuitkeringen uit eigen budget moeten betalen. Ook heeft de Participatiewet het voor werkgevers gunstiger gemaakt om jonggehandicapten aan te nemen, aangezien de werkgever minder risico loopt voor deze groep tijdens ziekte.
Gestroomlijnd proces
Uit case studies in vier gemeenten (Den Haag, Amsterdam, Rotterdam en Utrecht) blijkt dat daar veel aandacht wordt besteed aan het contact met het voortgezet speciaal onderwijs en praktijkonderwijs. Omdat de gemeenten leerlingen hier direct kunnen benaderen, en ze de Wajong-netwerken van UWV overgenomen hebben, resulteert dit in een betere aansluiting op de arbeidsmarkt. Bovendien leidt dit tot een snellere uitstroom uit speciaal onderwijs, naar de arbeidsmarkt danwel een MBO-opleiding.
Verbeterpunten
Dat de arbeidsparticipatie van jonggehandicapten toeneemt betekent echter niet dat er zich geen problemen meer voor doen bij de arbeidsgang. De onderzoekers constateren in de case studies namelijk dat een belangrijk deel van de doelgroep nog geen gespecialiseerde dienstverlening van de gemeenten ontvangt, omdat arbeidsproblemen bij jonggehandicapten vaak moeilijk te signaleren zijn. Het advies luidt dan ook dat een betere aansluiting tussen het MBO en de gemeente wenselijk is.
Zie hier voor het volledige rapport.
