Menu

Filter op
content
PONT Zorg&Sociaal

0

Kennissynthese gezondheid van nieuwkomende vluchtelingen en indicaties voor zorg, preventie en ondersteuning

Het ministerie van VWS heeft eind 2015 Pharos gevraagd om een kennissynthese te maken met gegevens over de gezondheid van nieuwkomende vluchtelingen en indicaties voor de te verwachten vragen naar zorg, ondersteuning en preventie. Deze kennissynthese beschrijft wat daarover bekend is.

3 mei 2016

Gezondheid en gezondheidsrisico’s
De meeste vluchtelingen beschikken over een grote veerkracht. We hebben bij de huidige instroom te maken met een relatief jonge groep mensen die qua gezondheid nog sterk is en een actieve bijdrage kan en wil leveren aan de Nederlandse samenleving. Hoe hun gezondheid zich ontwikkelt is, net als bij andere burgers, geen statisch gegeven, maar afhankelijk van de wijze waarop hun leven zich ontwikkelt, van preventie in brede zin en de mate waarin zich beschermende en risicofactoren voordoen. In dit rapport geven we een overzicht van deze factoren. Voor volwassen vluchtelingen zijn (naast jonge leeftijd en opleiding) belangrijke beschermende factoren: het zo snel mogelijk kunnen oppakken van het normale leven met perspectief op werk, opleiding of andere vormen van participatie, het beschikken over voldoende sociale steun/netwerken, de nabijheid van naaste familie en duidelijkheid over verblijf. Voor kinderen zijn cohesie en steun binnen het gezin, het welbevinden van de ouders en een positieve schoolervaring de belangrijkste beschermende factoren.

Wat chronische aandoeningen betreft, zijn diabetes, kans op overgewicht, gebrek aan bewegen en chronische pijnklachten aandachtspunt. Voor andere aandoeningen verwachten we op korte termijn geen grotere prevalentie (hart- en vaatziekten) of een lagere (kanker) dan gemiddeld in Nederland. Op langere termijn is de prevalentie afhankelijk van de inzet op preventie en de risico- en beschermende factoren.

Uit onderzoek blijkt dat het merendeel van de vluchtelingen geen posttraumatisch stress syndroom ontwikkelt (7 à 9 van de 10 niet). Trauma, depressie en psychische klachten komen begrijpelijkerwijs tegen het licht van wat mensen hebben meegemaakt wel vaker
voor dan gemiddeld in Nederland. De mate waarin deze klachten zich ontwikkelen is mede afhankelijk van preventieve inspanningen, tijdige signalering, het krijgen van goede zorg, sociale steun en zich welkom voelen, de asielprocedure en zekerheid over de verblijfsvergunning en de mogelijkheden tot daadwerkelijke participatie.

Infectieziekten vragen om aandacht maar vormen geen onbeheersbaar risico. Alertheid is geboden op tuberculose, hepatitis B en C en hiv/soa’s onder bepaalde groepen vluchtelingen. Seksualiteit, seksuele gezondheid, seksueel geweld, tienerzwangerschappen, abortus en moedersterfte vragen bij de nieuwe vluchtelingen om extra aandacht. En deel van hen is extra kwetsbaar op deze terreinen, vooral jongeren en alleenstaande minderjarige vluchtelingen (AMV-ers). De instroom van vrouwen uit Eritrea vraagt om attent zijn op het voorkomen van vrouwelijke genitale verminking. Vergeleken met het Nederlands gemiddelde gebruiken de nieuwe vluchtelingen minder alcohol (op een aantal jonge alleenstaande vluchtelingen na), maar meer tabak (met name Syrische mannen).

Gezondheid kinderen van vluchtelingen
De meeste vluchtelingenkinderen ontwikkelen zich goed. In een stabiele omgeving kan het grootste deel van de kinderen zonder professionele hulp hun leven weer oppakken. Voor een deel van de kinderen is er, door wat zij en hun ouders hebben meegemaakt,
sprake van een verhoogd risico op psychosociale problemen en kindermishandeling. Ook is er een verhoogd risico op overgewicht en onvoldoende bewegen. Vroegtijdige signalering, laagdrempelige opvoedondersteuning en een outreachende werkwijze van JGZ,
wijkteams, scholen en andere partners kunnen hierbij helpen. Extra aandacht is nodig voor een aantal groepen, die meer risico lopen in gezondheid en welbevinden, met name, AMV-ers, jong volwassenen en vluchtelingen uit Eritrea. Bij deze laatste groep speelt de gemiddeld lage opleiding een rol. Indicaties voor gebruik van zorg, ondersteuning en preventie Indicaties voor gebruik van zorg, ondersteuning en preventie kunnen uitsluitend met de nodige slagen om de arm gegeven worden, in verband met de afwezigheid van harde gegevens, registraties en monitoring hiervan. Daarnaast weten we van bepaalde typen zorg, zoals laagdrempelige jeugdhulp en geestelijke gezondheidszorg, dat er sprake is van ondergebruik ten opzichte van de klachten. Onbekendheid met dit type zorg en drempels om hulp te zoeken spelen hierbij een rol. Op korte termijn verwachten we in verband hiermee niet meer ggz-gebruik dan gemiddeld. Op langere termijn een hoger dan gemiddeld ggz-gebruik, maar niet hoger dan verwacht kan worden tegen het licht van de psychische problematiek.

Op korte termijn verwachten we geen hoger dan gemiddeld beroep uit eigen beweging op jeugdhulp en jeugdwijkteams, vanwege bovengenoemde redenen. Op langere termijn is de voorzichtige inschatting dat er vaker gebruik gemaakt zal worden van specialistische jeugdhulp. Dit is deels beïnvloedbaar door in te zetten op outreachende lichte vormen van jeugdhulp, van belang om problemen tijdig te signaleren en te voorkomen dat later een beroep wordt gedaan op zwaardere voorzieningen. We gaan uit van minder gebruik van de WMO-ondersteuning voor ouderen, vooral in verband met de jonge leeftijd. Verwacht wordt een hoger gebruik van huisartsenzorg en diabeteszorg en extra behoefte aan jeugdgezondheidszorg, verloskundige en tandheelkundige zorg. De vraag naar en de kosten van zorg op de langere termijn zijn te beïnvloeden door een vroegtijdige inzet van preventie op het terrein van de fysieke, psychische en seksuele gezondheid en welbevinden en het van meet af aan versterken van veerkracht.

Beïnvloeding gezondheid vanuit sociaal domein
Veel determinanten voor de gezondheid van vluchtelingen kunnen juist in het sociale domein positief worden beïnvloed. Het gaat dan met name om het van meet af aan goed wegwijs maken in de samenleving, gelijk inzetten op participatie en versterken van eigen
regie van vluchtelingen en hun netwerken. Hierop is meer inzet nodig. Een outreachende aanpak van onder andere wijkteams en vrijwilligers is hierbij van belang. Aanbevolen wordt te stimuleren dat vluchtelingen sneller dan voorheen kunnen meedoen,
door van meet af aan de taal te leren en door vroegtijdige toeleiding naar werk, opleiding en andere vormen van participatie. Het is een van de belangrijkste determinanten van én versnellers van een goede gezondheid, het welbevinden van vluchtelingen en hun integratie

Download

Artikel delen

Reacties

Laat een reactie achter

U moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.