In het juni-nummer van Trema, het tijdschrift van de rechterlijke macht, worden de onderzoeksresultaten over de privacy van slachtoffers in de rechtbank beschreven. De onderzoekers van het Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR) en de Vrije Universiteit (VU) maken inzichtelijk dat slachtoffers in de rechtbank beter moeten worden beschermd.
Defence for Children deelt deze mening en benadrukt dat voor minderjarige slachtoffers er bovendien aan aanvullende vereisten moet worden voldaan in lijn met het VN-Kinderrechtenverdrag.
Nederland voldoet niet aan EU-richtlijn
De onderzoekers concluderen dat Nederland op verschillende punten niet voldoet aan de EU-richtlijn minimumnormen voor slachtoffers als het gaat om het beschermen van het privéleven van slachtoffers waarmee verder leed wordt voorkomen. Zo lijkt er onvoldoende alertheid te zijn bij de betrokken functionarissen waardoor het soms flink mis gaat. “Van structurele bescherming ten behoeve van álle slachtoffers is derhalve nog geen sprake”, aldus de onderzoekers. Een ander voorbeeld betreft de wachtkamer voor slachtoffers in de rechtbank: deze is niet in alle rechtbanken aanwezig, de inrichting laat te wensen over en slachtoffers worden niet altijd gewezen op het bestaan van deze slachtofferkamer. Daarnaast wijzen de onderzoekers erop dat het beleid dat informatieverschaffing en afscherming kan bieden nog als weinig dwingend wordt ervaren waardoor het onder meer kan voorkomen dat wordt vergeten om een slachtoffer te laten weten wanneer de zitting is. Defence for Children herkent deze bevindingen ook voor minderjarige slachtoffers.
Anoniem
Voor de bescherming van minderjarige slachtoffers in de rechtbank worden in nationale regelgeving geen aanvullende eisen gesteld, dit terwijl het internationale recht strenge eisen stelt aan de bescherming van de privacy van minderjarigen. Defence for Children pleit er dan ook voor dat bij ernstige misdrijven, zoals zedenzaken, standaard de persoonsgegevens van de minderjarige slachtoffers worden geanonimiseerd. Uitgangspunt moet zijn dat herleidbare gegevens niet in het dossier worden genoemd, tenzij dat strikt noodzakelijk is. Een ander punt van zorg is het behandelen van de strafzaken in een openbare setting. Voor minderjarige verdachten geldt dat niet, hun zitting wordt achter gesloten deuren behandeld. Om minderjarige slachtoffers beter te beschermen zouden ook voor hen de deuren in de rechtbank moeten worden gesloten, tenzij het belang van de openbaarheid zwaarder weegt dan het belang van de minderjarige.
