Jaarlijks krijgen ongeveer 25.000 kinderen en adolescenten residentiële jeugdzorg in Nederland. Residentiële jeugdzorg biedt 24-uurszorg aan jongeren met ernstige psychische- en/of gedragsproblemen, die daardoor niet meer thuis kunnen wonen.
Hoewel de meeste jongeren in residentiële zorg terechtkomen vanwege zogenaamde externaliserende problematiek (zoals agressie, of impulsief gedrag) en de behandelprioriteit ligt op het verminderen van deze klachten, hebben ook veel jongeren last van internaliserende problematiek (angst en depressie). Martine Weeland onderzocht hoe de diagnostiek van angst en depressie bij deze jongeren verloopt, en wat de effecten zijn van de speciaal aangepaste groepsinterventie ‘Op Volle Kracht’ op de depressieve en angstklachten van jongeren.
Ze concludeert dat internaliserende problematiek bij aanmelding vaak onvoldoende onderkend wordt, maar dat jongeren naarmate de zorg vordert wel behandeling krijgen voor hun klachten. De groepsinterventie bleek niet effectief in het verminderen van angst en depressie, maar wel in het verminderen van piekeren.
Martine Weeland is op 5 maart gepromoveerd op dit onderzoek.
