In de eerste zes maanden van 2017 hebben ruim 311 duizend jongeren van 0 tot 23 jaar jeugdhulp gekregen. Van de jongeren die een hulptraject begonnen, had 29 procent in de afgelopen vijf jaar al eerder jeugdhulp ontvangen. Dat blijkt uit onderzoek van het CBS.
Het aantal jongeren met jeugdhulp was iets lager dan in dezelfde periode in 2016. Toen kregen 314 duizend jongeren jeugdhulp. Het gaat dan om hulp aan jongeren en hun ouders bij psychische problemen, een verstandelijke beperking of bij opvoedproblemen.
Grote verschillen in herhaalde jeugdhulp tussen gemeenten
Van de 150 duizend hulptrajecten die tot 1 juli in 2017 zijn begonnen, waren 43,5 duizend gevallen waarin eerder jeugdhulp is gegeven. Daarbij is tot maximaal vijf jaar teruggekeken. Het percentage herhalingsgevallen verschilt sterk tussen gemeenten. Zo zijn in Zuid-Limburg gemeenten waarbij in meer dan 40 procent van de nieuw gestarte trajecten de jongere eerder jeugdhulp had. In enkele gemeenten in Midden- Limburg was het percentage herhalingsgevallen minder dan 20.
Jongere met jeugdhulp zonder verblijf had vaker eerder jeugdhulp
Bij veruit de meeste jeugdhulptrajecten blijft de jongere thuis wonen, soms wordt de hulp verleend bij de jeugdhulpaanbieder. In het eerste halfjaar van 2017 zijn bijna 12 duizend van deze hulptrajecten met verblijf gestart. In 21 procent van die gevallen heeft de jongere eerder jeugdhulp gehad. Van de 139 duizend nieuw gestarte trajecten in 2017 waarbij de jongere thuis verbleef, had 30 procent al eerder een jeugdhulptraject gekregen.
